de drie pijlers van de
osteopathie

parietaal
Het spier en gewrichtsstelsel
Dit is het musculoskeletale systeem, het spier en gewrichtsstelsel. De osteopaat onderzoekt en behandelt dit systeem manueel, totaal en lokaal. Er wordt gedacht in spierketens en de verbindingen tussen al deze spieren en gewrichten. Een verstuikte enkel kan bijvoorbeeld onbehandeld jaren later een spierketen in gang zetten die schouderklachten geeft. Een bekkenscheefstand kan een compensatiemechanisme in gang brengen die sportblessures geeft of chronische lage rugklachten.
Visceraal
De beweeglijkheid van de organen
Dit is het onderzoek en behandeling van de beweeglijkheid van de organen. En belangrijker nog, de vliezen rondom de organen die de organen met elkaar verbinden. De grote motor achter de orgaanmobiliteit is het middenrif en de daaronder gelegen lever. Voor een goede orgaanmobiliteit moeten in ieder geval deze twee anatomische structuren optimaal kunnen bewegen, anders treed er een compensatiemechanisme op en dit compenseren kost het lichaam heel veel energie.


Craniosacraal
De schedel en het heiligbeen
Dit is het onderzoek en behandeling van de schedel en het daaraan verbonden heiligbeen. Ook het kaakgewricht en het onderzoek van de 12 hersenzenuwen hoort hierbij. De behandeling van de schedel richt zich ook op het lymfatisch systeem, hersenvocht wordt namelijk opgenomen en getransporteerd in het lymfatisch systeem. Een dysfunctie van dit systeem kan zorgen voor klachten als vermoeidheid, burn – out, het niet herstellen van klachten.
De osteopaat onderzoekt en behandelt deze drie systemen integraal, alles hoort bij elkaar en heeft invloed op elkaar. De basis van de verbinding tussen deze systemen is gelegen in de kennis van de embryologie. De kennis van de ontwikkeling van de embryo toont ons de krachtlijnen die er zijn in het lichaam en hoe die krachtlijnen voornamelijk ontstaan door de ontwikkeling van de organen: de embryologische rotaties. De osteopaat probeert die krachtlijnen te herstellen en zo het zelfgenezend vermogen te herstellen.
Heeft u er ooit bij stilgestaan waarom u het hart in de keel voelt kloppen als u schrikt? U voelt het in de keel, maar niet in het hart zelf. Er is namelijk een embryologische relatie tussen het hart en de keel. Het hart ontstaat ter hoogte van de vierde nekwervel en daalt door het uitgroeien en ontplooien van de embryo in borst. Zo heeft ieder orgaan zijn eigen relaties met de wervelkolom, de osteopaat kent deze relaties en kan zo de link leggen tussen de verschillende systemen.